In de Gooi- en Eemlander doet Marjolein Vos verslag van de voortgang van de nieuwbouw van het Erfgooiers College in Huizen. M3V heeft de ontwikkeling van het project t/m aanbesteding verzorgd (opstellen diverse PvE’s, aanpassing van het bestemmingsplan, overeenstemming met gemeente en uitvoeren van de 'best value' aanbesteding). Nu begeleidt M3V het procesmanagement en Zenzo MV / Lithos bouwt.
Bron: Dagblad De Gooi en Eemlander | Marjolein Vos
Alle foto's : © Foto studio kastermans/danielle van coevorden
Huizen - 24 januari 2020Voorjaar 2021. Dan zouden de circa duizend leerlingen en honderdtwintig docenten van het Erfgooiers College in Huizen hun nieuwe school kunnen betrekken. Maar de bouw loopt een paar maanden voor op schema. Bouwrector Jaap Augustijn verwacht dat het pand al begin januari, direct na de kerstvakantie, in gebruik kan worden genomen.
"Door corona. Ja, echt. We moesten natuurlijk een paar maanden dicht, van half maart tot juni. Al die tijd konden de bouw volle bak door. Er hoefde geen rekening te worden gehouden met eventueel geluidsoverlast. De leerlingen waren immers toch weg. Dus dat schoot lekker op.’’
Een paar meter zit er tussen de nieuwbouw en het bestaande schoolgebouw. ,,Het is behoorlijk spectaculair. En natuurlijk hebben leerlingen en docenten zo nu en dan best last gehad van de werkzaamheden. Maar ik denk toch dat het binnen de perken is gebleven. Kijk, hier kun je goed zien hoe dicht het op elkaar zit. Een technisch hoogstandje trouwens, om dat zo in elkaar te passen’’, zegt hij terwijl hij tussen de oud- en nieuwbouw door naar het schoolgebouw in aanbouw loopt. ,,We gaan helemaal naar boven, daar is de bouw het verst gevorderd.’’ Ook aanwezig bij de rondleiding is Arjen de Vries (sociaal projectleider Zenzo Maatschappelijk Vastgoed).
Onder het maaiveld
Voor we de trappen omhoog gaan, willen de heren eerst toch nog even de aula laten zien. Het is half onder het maaiveld gebouwd, dus als souterrain. De ramen die op het zuiden liggen zijn klein - met de bedoeling de warmte zoveel mogelijk te weren; de ramen op het noorden - de koude kant - zijn juist groot om de verdieping toch licht en ruimtelijk te maken. Blikvanger - nu al - is de brede tribunetrap. ,,En kijk, zie je daar die raampartij daar boven? Daar zit de personeelskamer. Leerkrachten kunnen zo in de aula kijken, staan altijd in verbinding met de leerlingen.’’ Verbinding. Het zal tijdens deze rondleiding steeds terugkomen. Net als grote raampartijen, die naast licht en ruimte ook staan voor transparantie, legt de bouwrector uit.
Helemaal boven worden de contouren van de nieuwe school steeds duidelijker. Hier liggen de vloeren er al in, zijn de wanden gesausd. Allemaal wit, óf in een lichte, olijfgroene tint, passend met de specifieke functie van de ruimte. ,,We hebben voor die kleur gekozen op basis van informatie die we bij de leerlingen hebben opgehaald’’, zegt De Vries. ,,In eerste instantie hadden we een heel kleurenpalet in gedachten. Het knalde eruit, alle kleuren van de regenboog kwamen voorbij. Maar er bleek onder de leerlingen ook een enorme behoefte aan rust. Zo zijn we op deze tinten uitgekomen.’’
Verschillende werkplekken
De raampartijen van de klaslokalen zijn opvallend groot. En dat is niet voor niets. ,,Zoals gezegd is verbinding het sleutelwoord in deze school. Het is straks ook niet meer de bedoeling dat leerlingen altijd in één klas zitten. De tijd dat een docent vijftig minuten lang les geeft, afsluit om door te gaan naar de volgende les, ligt echt achter ons. Een leerling kan - zeker straks in deze nieuwe school - op iedere verdieping steeds op vier plekken met de leerstof bezig zijn. In het lokaal; een leerplein; een studio - dat is een ruimte waar leerlingen in groepjes kunnen samenwerken; óf in een duo-werkplek waar de docent één-op-één met de leerling aan de slag gaan.’’ Al die plekken liggen vlakbij het klaslokaal, en door al die ramen in het zicht van de docenten, gaat Augustijn verder. ,,Waar sta je, wat heb je nodig, waar wil je naar toe? Dat zijn cruciale vragen die de docent aan de leerling zal stellen en maakt deel uit van ons moderne onderwijs waarin een leerling veel meer zelf de verantwoordelijkheid krijgt voor zijn of haar ontwikkeling, en dus minder aan de hand van een docent zal lopen. Daar zijn we nu al mee bezig, maar straks hebben een gebouw dat helemaal past bij het nieuwe leren.’’
De bouwrector - die al acht jaar werkt aan de nieuwbouw - is zo enthousiast dat hij nauwelijks kan stoppen met het schetsen van alle mogelijkheden die er liggen voor de leerlingen, en zeker ook voor de docenten. ,,We nodigen nu steeds groepjes docenten uit om het gebouw te komen bekijken. En dan zeg ik: ’Denk er over na, voor je het weet is het januari en kun je met deze ruimtes aan de slag. Pak je kans!’ Ja, zo probeer ik ze te verleiden, ze mee te nemen in dit project.’’
Rol leerlingen
Ook ontwikelaar De Vries is blij. ,,Ik kijk niet zozeer naar het materiaal, maar vooral naar het functioneren van het gebouw, en naar hoe het tot stand is gekomen. Wat ik heel bijzonder vind, is de rol die leerlingen erbij hebben gespeeld. Ze hebben echt meegepraat.’’
Voor het inrichten van de buitenruimte van de school kijkt De Vries naar hergebruik van materialen uit de oude school. ,,Ik heb in het kader van circulair bouwen al van alles op het oog.’’ Het opleveren van het schoolplein zal pas rond de zomer van 2021 zijn. Augustijn: ,,Voor we daarmee aan de slag kunnen, moet eerst het oude gebouw worden gesloopt. Het vordert gestaag, maar we zijn er nog niet.’’
Hoe zit het met de ventilatie?
Het nieuwe schoolgebouw voldoet aan de modernste eisen, ook als het gaat om ventilatie. Dus daarover heeft bouwrector Jaap Augustijn totaal geen zorgen. Die zijn er wel voor het oude gebouw, waar de leerlingen en docenten nog tot de kerstvakantie in bivakkeren. ,,We meten het CO2-gehalte in de klaslokalen. Dat deden we al, want frisse lucht is essentieel voor de leerprestaties van kinderen. Nu is daar corona bij gekomen. Alle ramen en deuren staan standaard open. We hebben op sommige plekken ruiten vervangen door roosters. We hopen maar op een zacht najaar en een niet al te koude winter. Dan is het zo net te doen. Veiligheid gaat voor alles en daarom monitoren we de luchtkwaliteit ook zo nauwkeurig.’’
